TI-bedrijven slagen er nog onvoldoende in om alle beschikbare kennis in het bedrijf te benutten om de bedrijfsvoering en dienstverlening aan klanten te verbeteren. Hoewel er in de bedrijven verschillende leeractiviteiten plaatsvinden lijkt het nogal eens aan een duidelijke regie te ontbreken. In lang niet alle bedrijven is er sprake van een opleidingsplan of opleidingsbeleid. Leren vindt vaak plaats op ad-hoc basis en opgedane kennis wordt niet altijd overgedragen. Potentie wordt daarmee niet maximaal benut en bij vertrek van medewerkers gaat bovendien waardevolle kennis verloren.
Kennis biedt kansen
We leven in een dynamische wereld waarin veel maatschappelijke vraagstukken ook technische oplossingen vergen. De installatiebranche speelt daarin een belangrijke rol. Voor TI-bedrijven is de ontwikkeling van nieuwe kennis en vaardigheden daarom van groot belang. Om de concurrentie het hoofd te kunnen bieden en om goed in te kunnen spelen op veranderende wensen en verwachtingen van klanten en opdrachtgevers. Naast technische competenties, gaat het daarbij ook om competenties als klantgericht werken, probleemoplossend vermogen, samenwerken en communiceren.
Onderwijs zorgt voor startbekwaamheid, bedrijven voor vakbekwaamheid
Omdat de ontwikkelingen snel gaan én bedrijven er bovendien verschillend op reageren of anticiperen wordt het voor het beroepsonderwijs steeds lastiger om hun leerlingen volledig voor te bereiden op de toenemende diversiteit aan de vraagkant. Van opleidingen mag verwacht worden dat ze leerlingen opleiden met een startbekwaamheid, zowel op technisch gebied als op het steeds belangrijker wordende gebied van communicatie en oplossend vermogen. Maar bedrijven zullen zelf leerlingen verder op moeten leiden tot een vakman met up-to-date kennis van de terreinen en markten waar het bedrijf op dat moment op inzet.
Vakbekwaam en inzetbaar blijven.
Daarnaast is het vakbekwaam blijven belangrijk voor álle werknemers. Wat in de opleiding is geleerd raakt steeds sneller verouderd, of is niet toereikend voor volwaardig vakmanschap. Om inzetbaar te blijven gedurende de gehele loopbaan is het belangrijk kennis en vaardigheden actueel te houden. Leven lang leren is niet voor niets een steeds vaker gehoorde term. Het gaat hierbij om een gedeelde verantwoordelijkheid van werknemers en bedrijven.
Opleidingsbeleid
Werknemers zullen open moeten staan voor veranderingen en bereid moeten zijn om nieuwe kennis en vaardigheden aan te leren en te ontwikkelen. De bedrijven moeten hier de mogelijkheden voor bieden en er bovendien voldoende richting aan geven. Een opleidingsplan of opleidingsbeleid helpt hierbij. Onderdeel van een dergelijk plan of beleid is dat er een koppeling wordt gelegd tussen scholings- of leeractiviteiten van werknemers en de marktstrategie van het bedrijf. Bijvoorbeeld hoe positioneert het bedrijf zich nu en in de komende tijd en welke competenties zijn daar voor nodig. Welke daarvan zijn voldoende aanwezig en welke niet? En hoe lossen we eventuele competentietekorten op een effectieve en efficiënte manier op.
Uit de bedrijvenenquête (2019) blijkt dat op dit moment de helft van de TI-bedrijven een koppeling legt tussen bedrijfsdoelen en opleiden. Een derde van de TI-bedrijven zegt daadwerkelijk een opleidingsplan te hebben. Dit betekent dat niet in alle TI-bedrijven sprake is van voldoende regie bij het up to date houden van de kennis en vaardigheden van de werknemers.
Leren in, op en door het werk
Uit onderzoek is inmiddels bekend dat de tijd die werknemers besteden aan leren maar voor een klein deel betrekking heeft op het volgen van opleidingen of cursussen. Dat ligt vanwege financiële en plannings-technische argumenten ook voor de hand. Veel vaker leren werknemers tijdens het werk. Bijvoorbeeld door kennis en ervaring uit te wisselen met collega’s, door steeds uitdagender taken te doen, of door (nieuwe) dingen uit te proberen.